Storten en verbranden

Hoeveel asbest is er al gestort?

De gestorte hoeveelheiden van beide categorieën van asbest.


Asbesthoudend afval mag in Vlaanderen tot 2020 alleen gestort worden op een daarvoor vergunde stortplaats. Op dit moment is er nog geen andere grootschalige verwerking mogelijk. Asbest is een heel stabiele minerale vezel. Er is een hoge temperatuur en dus veel energie nodig om de vezel te ontbinden.


Hoe wordt asbestafval onderverdeeld?


Asbesthoudend afval wordt onderverdeeld in twee categorieën: afval met hechtgebonden asbest en ander asbestafval.

* Asbestcementafval (golfplaten, dak- en muurleien, buizen, luchtkanalen, tussenschotten en dergelijke) vormt het grootste deel van het afval met hechtgebonden asbest.

* Het ander asbestafval heeft een heel gevarieerde samenstelling. Het gaat bijvoorbeeld om spuitasbest, asbesthoudende isolatie, metalen met asbest, asbesthoudende verpakkingen en werkkleding. Over het algemeen zijn de asbestvezels in dit afval weinig gebonden. Het afval kan zelfs bestaan uit vrije (ongebonden) asbestvezels.

Sinds 2017 melden de stortplaatsen bij de OVAM ook de hoeveelheden met asbest verontreinigde gronden. Die cijfers worden hier niet mee in rekening genomen. Het gaat namelijk vaak over kleine hoeveelheden asbest gemengd met grote hoeveelheden grond. Die stromen kunnen dus de raming van de totale hoeveelheid gestort asbesthoudend afval vertekenen.

Gestorte hoeveelheden


Van 2001 tot 2020 werd op de vergunde Vlaamse stortplaatsen 1 705 704 ton afval met hechtgebonden asbest en 238 206 ton ander asbestafval gestort. Die cijfers zijn gebaseerd op de jaarlijkse rapportering van de stortplaatsen.

De grafiek hieronder toont de jaarlijkse evolutie.

Responsive Image


Sinds de rapporteringen in 2001 is de hoeveelheid gestort afval met hechtgebonden asbest bijna elk jaar gestegen. Er werd nog nooit zoveel afval met hechtgebonden asbest gestort als in 2019.

De hoeveelheid ander asbestafval steeg in 2019 opnieuw, na een aantal jaren te dalen sinds de piek van 2014.

De eenmalige piek in 2014 wordt toegeschreven aan het saneringsproject ‘Asbestdraailingen’ in Kapelle-op-den-Bos en omgeving. De asbestdraailingen die toen uitgegraven werden bestonden uit productie-afval van de voormalige asbestcementproductie in de regio. Ze werden in de omgeving van de fabriek gebruikt als verhardingsmateriaal voor bijvoorbeeld opritten.

De cijfers in de grafiek vragen enige nuancering:

  • In de periode voor 2001 werd er ook asbesthoudend afval gestort.

  • De cijfers van afval met hechtgebonden asbestafval tussen 2001 en 2007 zijn een onderschatting: tot en met 2006 werd alle asbestcementafval samen met inert puinafval gestort. Een deel van dat asbestcementafval werd ook gerapporteerd als puinafval. Sinds 2007 wordt het asbesthoudend bouwmateriaal met gebonden asbest (vooral asbestcementafval) in een afzonderlijk stortvak van de stortplaats gestort. Het asbestcementafval wordt sindsdien altijd afzonderlijk geregistreerd.

Team asbestafbouw