Ga terug

Duurzame alternatieven voor turf in potgrond

Nieuwsbericht · Mar 10, 2023 9:56:00 AM
Potgrond met bloem

Veen ontginnen om als turf in onder meer potgrond te gebruiken, heeft een negatieve impact op het milieu. Bij de oxidatie van het veen komt er fossiele koolstof vrij, en ook het ontginningsproces en het transport veroorzaken CO2-uitstoot. Bij de ontginning gaat er bovendien heel wat biodiversiteit in het veengebied verloren. 

Duurzame alternatieven

In verschillende lidstaten groeit de interesse voor meer duurzame teeltsubstraten. Zo mag er in het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld vanaf 2024 geen veenhoudende potgrond meer verkocht worden aan particulieren. Tegen 2028 wil het VK dit verbod uitbreiden naar de commerciële tuinbouwsector. 

De Vlaamse overheid is zich bewust van de problematiek en trekt sinds 2021 een actie binnen het Europees Cmartlife-project rond de verduurzaming van teeltsubstraten. Dit kadert ook in het Vlaams actieplan Voedselverlies en biomassa(rest)stromen circulair 2021-2025, en in het Vlaams Klimaatbeleidsplan 2021-2030, dat ernaar streeft om de Vlaamse uitstoot van broeikasgassen te reduceren. Het is de bedoeling om turf zoveel mogelijk te vervangen door duurzamere alternatieven, en om biomassareststromen, zoals beheerresten (bv. natuurmaaisel, snoeihout,…), te benutten in potgrond. 

De verhandeling en het gebruik van potgrond en teeltsubstraten is een federale bevoegdheid. Het is dus af te raden om alleen in het Vlaamse Gewest turf te gaan weren uit teeltsubstraten. Enkel als er afvalstoffen gemoeid zijn met de productie van potgrond is de gewestelijke overheid bevoegd. Onder meer daarom opteerde Vlaanderen voor een vrijwillige overeenkomst, maar ook om meer draagkracht te creëren door niets te verplichten. 

Intentieovereenkomst

De OVAM nam eind 2022 het initiatief om deze intentieovereenkomst af te sluiten met een diverse groep van stakeholders: de potgrondsector, proefcentra, onderzoeksinstellingen, natuurbeheerorganisaties, Vlaco en overheidsinstanties. De overeenkomst geldt als een startpunt en zal van toepassing zijn op de hobby- en de professionele markt. Ze wil tegen 2025 maximaal 65 volumeprocent klassiek veen laten gebruiken bij de aanmaak van teeltsubstraten, en voor 35 volumeprocent zoveel mogelijk lokale, duurzamere alternatieven inzetten. Er komt ook meer onderzoek en kennisdeling over het gebruik van alternatieven.

Turf heeft bijzondere goede teelteigenschappen en is daardoor niet gemakkelijk te vervangen, laat staan in een professionele context. Alternatieven moeten bijvoorbeeld in voldoende hoeveelheden beschikbaar zijn en een goede en constante kwaliteit hebben. De professionele sector moet zich ook kunnen aanpassen aan deze alternatieve substraten, die vaak een andere werkwijze vragen van de telers.
 


 

Team pers & communicatie

Voor persvragen kan u hier contact opnemen.

Hebt u een persvraag? Stel ze hier:

Adres
Stationsstraat 110
2800 Mechelen
Route en bereikbaarheid
Telefoon
015284140