Groenafval: veelgestelde vragen
Groenafval is het composteerbaar organisch-biologisch afval dat onder meer vrijkomt in tuinen, plantsoenen, parken, natuurgebieden, op oevers van waterlopen en wegbermen.
Groenafval omvat snoeihout met een diameter kleiner dan 10 cm, plantenresten, haagscheersel, bladeren, gazon- en wegbermmaaisel. Groenafval komt vrij bij particulieren, groendiensten, tuinaannemers, enz.
Uitzonderingen op deze definitie zijn:
- Niet-gevaarlijke houtige biomassa uit de bosbouw die rechtstreeks wordt gebruikt in de bosbouw, of als materiaal of als energiebron;
- Houtige biomassa afkomstig van landschapselementen onderworpen aan ecologisch hakhoutbeheer, uitgezonderd het snoeihout van het reguliere beheer van landschapselementen (houtkanten ...) om de veiligheid van weggebruikers te waarborgen of ongewenste ondergroei te beperken (dat snoeihout valt onder groenafval);
- Hout van hoogstammige bomen die geveld zijn in natuurgebieden, tuinen of parken, langs (water)wegen of op percelen bij het bouwrijp maken ervan;
- Kort omloophout en andere energieteelten;
- Houtige biomassa die wordt gebruikt als mulch en voldoet aan de kwaliteitseisen van de omzendbrief 'Kwaliteit van houtsnippers voor gebruik als mulchmateriaal' van 8 juni 2004;
- Maaisel dat geschikt is en ingezet wordt als veevoeder.
- Grasmaaisel
- Bladeren en naalden
- Plantenresten
- Haagscheersel
- Onkruid
- Tuin- en snijbloemen
- Boomstronken met een diameter < 40cm
- Takken met een diameter < 10cm
- Potgrond
- Aarde / grond
- Groente- en fruitafval
- Etensresten
- Stronken met een diameter > 40cm
- Takken met een diameter > 10cm
Groenafval moet verplicht gecomposteerd worden. Ofwel doet men dit zelf (d.w.z. groenafval van het eigen terrein zelf ter plaatse composteren en de bekomen compost op het eigen terrein opnieuw gebruiken) ofwel gebeurt dit door een vergunde composteerinstallatie.
Meer info over thuiscomposteren vindt u terug op de website van Vlaco.
Snoeihout mag ook gemulcht worden als het voldoet aan de Omzendbrief van 26 mei 2004 voor het gebruik van snoeihout als mulchmateriaal.
Men kan het groenafval afvoeren naar een vergunde composteerinstallatie, een recyclagepark of een containerbedrijf. Het recyclagepark of het containerbedrijf voeren op hun beurt het groenafval af naar een vergunde composteerinstallatie.
Een overzicht van de vergunde composteerinstallaties kan u terugvinden op de website van Vlaco.
Groenafval van openbare groenvoorziening en van tuinaannemers wordt beschouwd als een bedrijfsafvalstof. Op het recyclagepark kunnen met huishoudelijk afval vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen worden aanvaard onder bepaalde voorwaarden (aparte registratie, doorrekenen van volledige kostprijs, kleine hoeveelheid). Niet elk recyclagepark aanvaardt bedrijfsafvalstoffen. Voor meer info hierover kan u terecht in uw gemeente.
Het VLAREMA (Vlaams Reglement betreffende het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen) bepaalt dat groenafval niet mag verbrand of gestort worden aangezien het geschikt is voor hergebruik en recyclage, tenzij er een afwijking op het verbrandingsverbod verkregen is voor een specifieke fractie.
Artikel 6.11.1. van VLAREM II verbiedt het verbranden van groenafval in open lucht over het hele Vlaamse grondgebied. Dit verbod werd in verschillende gemeenten opgenomen in het politiereglement. Slechts in uitzonderlijke gevallen wordt het verbranden van tuinafval in de eigen tuin wel toegelaten. Belangrijk om weten is dat de bepalingen uit het veldwetboek eveneens van toepassing zijn.
Een alternatieve afzetmogelijkheid voor de houtige fractie van groenafval is het gebruik ervan als mulchmateriaal. Niet alle fracties van groenafval zijn toegelaten als mulchmateriaal. De Ministeriële omzendbrief van 26 mei 2004 stelt de volgende voorwaarden voor het gebruik van snoeihout als mulchmateriaal:
- Enkel gezond en zuiver snoeihout komt in aanmerking voor verhakselen tot mulchmateriaal. Fijn groenmateriaal (gras, bladafval, haagscheersel, groen van coniferen...) is niet toegelaten, uitgezonderd indien bij particulieren het eigen snoeiafval wordt verhakseld;
- Het produceren van mulchmateriaal uit afvalhout (bouw- en sloopafval, paletten...) wordt niet toegestaan;
- Het mulchmateriaal moet vrij zijn van geur en verontreinigingen;
- De grofheid moet zich voor 90 % bevinden tussen 10 en 50 mm;
- De opslag van het verhakselde snoeihout is beperkt tot max. 2 maanden; het teveel moet worden afgevoerd naar een vergunde composteringsinstallatie.
In de praktijk komt dus enkel blad- en naaldloos snoeihout in aanmerking voor omzetting tot mulchmateriaal. Wortelhout is ook toegelaten, maar vereist nog een bijkomende afzeving van het inerte materiaal (zand).
Mulchmateriaal kan enkel gebruikt worden als bodembedekker en dus niet voor het verharden van weggetjes…
Voor het verhakselen van groenafval met het oog op de productie van mulchmateriaal moet men beschikken over een omgevingsvergunning.
Grasmaaisel mag door particulieren ook zelf gebruikt worden als mulchmateriaal in de eigen tuin. Mulch beschermt de bodem tegen slagregen, zonnestralen en uitdrogende wind en stimuleert het bodemleven. Leg de mulchlaag van grasmaaisel maximaal 2 tot 3 cm dik en vul regelmatig aan.
Groenafval mag niet rechtstreeks worden ingezet als bodemverbeteraar (ook niet na verkleining), maar moet steeds worden gecomposteerd in een daartoe vergunde inrichting. Op die manier wordt groenafval omgezet in een stabiele, hoogwaardige kiem- en onkruidvrije bodemverbeteraar.
Bij veel kleine hoeveelheden groenafval zal een inzamelcontainer op de eigen terreinen een goedkope oplossing bieden. Het groenafval mag enkel afkomstig zijn van eigen groenwerken. De hoeveelheid groenafval die zonder milieuvergunning tijdelijk op de eigen terreinen mag worden opgeslagen is vastgelegd op één container van 40 m³. Daarbij moet men voorzien in een regelmatige afvoer: als richtlijn voor regelmatige afvoer bepaalt de OVAM dat de opslagtermijn voor fijn tuinafval maximum 1 week bedraagt in de periode april-oktober en 1 maand in de periode november-maart. Voor het grovere tuinafval, zoals snoeihout, is de termijn beperkt tot 2 maanden. Voor de opslag van hoeveelheden groter dan 40 m³ is een omgevingsvergunning vereist voor de overslag van groenafval (rubriek 2.1.2. van de VLAREM-indelingslijst).
Een specifieke regeling werd getroffen voor bermmaaisel. Omdat deze afvalstroom in grote hoeveelheden op een korte tijdspanne vrijkomt, kan het wenselijk zijn om het langer op te slaan. Dit is mogelijk als het wordt ingekuild en mits er een omgevingsvergunning wordt verkregen (rubriek 2.2.3.d van de VLAREM-indelingslijst). Snelle afvoer of gecontroleerde opslag (inkuilen) is van groot belang om een goede kwaliteit materiaal aan te bieden bij de compostering of vergisting.
Het zelf composteren van groenafval houdt enkele verplichtingen in.
Het composteren van groenafval is vergunningsplichtig (omgevingsvergunning) vanaf een capaciteit van 25 m³, tenzij er uitsluitend eigen afval wordt gecomposteerd en de compost uitsluitend bestemd is voor eigen percelen. Indien de compostering een capaciteit heeft van minder dan 25 m³ is het meldingsplichtig. Als het meldings- of vergunningsplichtig is, is de compostering onderworpen aan uitbatingsvoorwaarden van VLAREM II.
De uitbater van de composteerinstallatie moet een afvalstoffenregister bijhouden om te kunnen bewijzen dat het groenafval correct is verwerkt.
Indien men de compost afzet naar derden, moet een keuringsattest worden verkregen bij een onafhankelijke keuringsinstelling. Door dit keuringsattest wordt de compost niet langer als afvalstof, maar als grondstof aanzien in Vlaanderen. Daarnaast moet, wanneer de compost in de handel wordt gebracht (bv. om te gebruiken in de tuinen van klanten, maar ook bij het gratis weggeven van deze compost), een ontheffing aangevraagd worden bij de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van Voedselketen en Leefmilieu. Ook het Mestdecreet is van toepassing.
De compost van een eigen vergund composteerterrein kan terug gebruikt worden in de eigen openbare groenvoorziening. Voorwaarde is dat de compost is geproduceerd uit uitsluitend het eigen groenafval (het groenafval van het gemeentelijk recyclagepark valt hier niet onder). Hiervoor is geen keuringsattest vereist. Ook moet er geen ontheffing worden aangevraagd aangezien u de compost niet in de handel brengt.
Als een openbaar bestuur bepaalde groenwerken uitbesteedt (maaien, houtkanten onderhouden,...), kan de opdrachtnemer van de werken ook verantwoordelijk zijn voor het verdere beheer van de afvalstoffen die uit zijn activiteit voortkomen. De OVAM raadt aan om in het bestek van dergelijke opdrachten een garantie in te bouwen dat de afvalstromen op een legale manier zullen worden beheerd. Het openbaar bestuur kan een verwerkingsbewijs van de afvalstoffen eisen van de opdrachtnemer om de legale afvoer te verifiëren. Het openbaar bestuur is immers mee verantwoordelijk voor een correcte naleving van de wetgeving.
De aannemer van de groenwerken mag het groenafval ook niet opslaan op de terreinen van het openbare bestuur, maar moet deze ofwel rechtstreeks afvoeren naar een daartoe vergunde verwerker, ofwel tijdelijk opslaan op zijn eigen bedrijfsterrein.
Bij het transporteren van groenafval naar een ander gewest moet het transport vergezeld zijn van een identificatieformulier.
De stort- en verbrandingsverboden van het VLAREMA (artikel 4.5.1 en 4.5.2) zijn ook van toepassing bij export naar andere gewesten.
Groenafval wordt beschouwd als een groene-lijst afvalstof onder de code BEU05 (‘schone biologisch afbreekbare afvalstoffen van landbouw, tuinbouw, bosbouw, tuinen, parken en begraafplaatsen’). Grensoverschrijdend transport dient te gebeuren met een Bijlage VII document.
De stort- en verbrandingsverboden van het VLAREMA (artikel 4.5.1 en 4.5.2) zijn ook van toepassing bij export naar andere lidstaten.
Team Bio
- Adres
- Stationsstraat 110
2800 Mechelen
Route en bereikbaarheid