Houtsnippers als bodemverbeteraar
Helaas zien we in onze Vlaamse landbouwbodems een zorgwekkende trend van zeer lage en dalende organische stofgehaltes. Het gevolg is een verminderde bodemgezondheid en een gewasproductie die sterker afhankelijk wordt van irrigatie en externe middelen. Deze situatie is des te problematischer gezien de huidige klimaatverandering. Nu, meer dan ooit, hebben we een gezonde, robuuste en veerkrachtige bodem nodig om een stabiele gewasproductie en effectieve koolstofopslag te waarborgen.
Het bodemorganisch stofgehalte verhogen kan op een aantal manieren. De meest gangbare is door toevoegen van een stabiel organisch materiaal, zoals compost. Onderzoek heeft echter uitgewezen dat ook verse houtsnippers een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan bodemorganische stofopbouw. Voor het toepassen van houtsnippers als bodemverbeteraar had je tot voor kort een grondstofverklaring nodig.
Om het verhogen van de bodemorganische stof in de Vlaamse landbouwbodems te faciliteren, werd een wettelijk kader uitgewerkt voor het aanbrengen van houtsnippers als bodemverbeteraar zonder dat een grondstofverklaring nodig is. Onder bepaalde voorwaarden kan je nu houtsnippers rechtstreeks onderwerken in landbouwgrond (Vlarema Art. 2.3.3.5) of gebruiken als bodembedekker (ook wel mulch genoemd) (Vlarema Art. 5.3.15.1).
Alle houtsnippers die voldoen aan voorwaarden vermeld onder 1) en 2).
1) De houtsnippers moeten voldoen aan deze kwaliteitsvoorwaarden:
- minimaal organische stofgehalte van 80% op droge stof;
- minimale koolstof-stikstofverhouding van 50;
- minimale koolstof-fosforverhouding van 500.
2) Ze mogen niet afkomstig zijn van:
- de aanleg en het onderhoud van tuinen, meer bepaald afval dat gras, bladeren, naalden en haagscheersel bevat;
- recyclageparken en afvalverwerkende bedrijven, uitgezonderd de zeefoverloop groter dan 40 millimeter, van groencompostering die beschikt over een geldig keuringsattest voor groencompost overeenkomstig artikel 2.3.3.3 §1;
- bouw- en sloopactiviteiten, verpakkingen en houtverwerkende industrie;
- gebieden met verontreinigde bodems, die al dan niet gesaneerd worden door middel van fytoremediatie;
- gebieden of producenten gelegen buiten het Vlaams gewest;
- het beheer van vegetaties en kleine landschapselementen die niet voldoen aan de maatregelen in uitvoering van artikel 13 §4 tot en met §6 van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.
(cf. Vlarema artikel 2.3.3.5)
Houtsnippers die als bodembedekker worden toegepast op landbouwgrond zullen op termijn ondergewerkt worden. Bijgevolg moeten ze voldoen aan de bepaling rond het onderwerken van houtsnippers cf. Vlarema artikel 2.3.3.5.
Houtsnippers die geproduceerd zijn uit:
- hout en schors die vrij zijn van plagen, van invasieve soorten en van besmettelijke plantenziekten;
- houtresten en schors, die afkomstig zijn van de eerste bewerking van boomstammen, die vrij zijn van plagen, van invasieve soorten en van besmettelijke plantenziekten.
De bodembedekker mag niet worden geproduceerd uit:
- gras, bladeren, naalden en haagscheersel;
- houtafval dat afkomstig is van bouw- en sloopactiviteiten, verpakkingen en houtverwerkende industrie.
Particulieren echter mogen groenafval uit het onderhoud van de eigen tuin, in hun eigen tuin terug toepassen als bodembedekker.
(cf. Vlarema artikel 5.3.15.1)
Als ze afkomstig zijn van:
- de aanleg en het onderhoud van tuinen, meer bepaald afval dat gras, bladeren, naalden en haagscheersel bevat;
- recyclageparken en afvalverwerkende bedrijven, uitgezonderd de zeefoverloop groter dan 40 millimeter, van groencompostering die beschikt over een geldig keuringsattest voor groencompost overeenkomstig artikel 2.3.3.3 §1;
- bouw- en sloopactiviteiten, verpakkingen en houtverwerkende industrie;
- gebieden met verontreinigde bodems, die al dan niet gesaneerd worden door middel van fytoremediatie;
- gebieden of producenten gelegen buiten het Vlaams gewest;
- het beheer van vegetaties en kleine landschapselementen die niet voldoen aan de maatregelen in uitvoering van artikel 13 §4 tot en met §6 van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu.
Of als ze niet voldoen aan de (chemische) samenstellingsvoorwaarden van Vlarema bijlage 2.3.1.A of de volgende kwaliteitsvoorwaarden:
- minimaal organische stofgehalte van 80% op droge stof;
- minimale koolstof-stikstofverhouding van 50;
- minimale koolstof-fosforverhouding van 500.
(cf. Vlarema artikel 2.3.3.5)
Als de houtsnippers niet voldoen aan de bepaling rond het onderwerken van houtsnippers cf. Vlarema artikel 2.3.3.5. De houtsnippers die als bodembedekker worden toegepast op landbouwgrond zullen op termijn namelijk ondergewerkt worden.
Als de houtsnippers
- of besmet zijn met besmettelijke plantenziektes, plagen (bv. schorskevers) of invasieve soorten;
- of gras, bladeren of naalden bevat;
- of afkomstig is van bouw- en sloopactiviteiten, verpakkingen of houtverwerkende industrie.
(cf. Vlarema artikel 5.3.15.1)
Ja. In afwachting van het onderwerken mogen landbouwers de houtsnippers gebruiken als bodembedekker. De houtsnippers moeten voldoen aan de vereisten van Vlarema artikel 2.3.3.5.
Neen, tenzij met een grondstofverklaring.
Je kan als particulier je eigen groenafval toepassen in je eigen tuin als bodembedekker. Je kan als particulier uiteraard ook houtsnippers aankopen voor gebruik als bodembedekker.
Inderdaad. Niet-landbouwers die houtsnippers gebruiken als bodembedekker, zonder de intentie om ze op termijn onder te werken, moeten enkel voldoen aan de bepalingen van houtsnippers voor gebruik als bodembedekker. Hebben ze wel de intentie om ze onder te werken, moet dit gebeuren met een grondstofverklaring.
Bij het gebruik van materialen die rechtstreeks in de bodem worden ondergewerkt, voert de Vlaamse overheid een strikter beleid met het oog op beheersen van ongewenste milieu-impact. Daarom zijn de gebruiksvoorwaarden verschillend.
De landbouwer heeft er alle baat bij om houtsnippers van goede kwaliteit, en dus vrij van ziektes en plagen te gebruiken als bodemverbeteraar. Vandaar ook de bepaling dat houtsnippers alleen mogen ondergewerkt worden “in landbouwgrond als die in actief gebruik is voor landbouwactiviteiten” (cf. Vlarema artikel 2.3.3.5).
Onderzoek door de Bodemkundige Dienst België en het ILVO heeft uitgewezen dat, zelfs indien er een bij aanbreng van verse houtsnippers een stikstofvastlegging gebeurt, de negatieve impact op het gewas van korte duur is en deze volledig uitgewerkt is tegen het einde van het seizoen. Het onderwerken van houtsnippers heeft positieve effecten op de bodem en gelijkaardige of betere effecten op de gewasopbrengst in vergelijking met bodems die geen houtsnippers toegediend kregen. De timing van toediening is echter wel belangrijk. De houtsnippers worden idealiter zo lang mogelijk voor het inzaaien van een gewas ondergewerkt. Onderwerken net voor het inzaaien zal het kiemproces fysiek verstoren en wel negatieve effecten vertonen op gewasgroei en -opbrengst.
De voordelen van het gebruik van houtsnippers als bodemverbeteraar zijn talrijk en nauw met elkaar verbonden, maar je kan ze samenvatten als het verbeteren van de bodemkwaliteit en -gezondheid. Door het toevoegen van koolstofrijk organisch materiaal als houtsnippers ga je het stabiel bodemorganisch stofgehalte verhogen met positieve effecten als gevolg: een verbeterde waterhuishouding en waterhoudend vermogen, een verbeterde nutriëntenhuishouding, en een rijk en divers bodemleven – met in het bijzonder een toename van de schimmelpopulatie – dat op zijn beurt zorgt voor een verbeterde porositeit, structuur en algehele fysische bodemkwaliteit. De verbeterde bodemstructuur en waterhuishouding leiden ook tot minder erosie. Tenslotte wordt bij een verhoogd bodemorganisch stofgehalte in combinatie met een toename aan schimmels ook meer koolstof opgeslagen, wat helpt tegen de klimaatopwarming.
Wanneer je houtsnippers eerst gaat gebruiken als bodembedekker heb je het bijkomend voordeel dat onkruid wordt onderdrukt en de bodem wordt beschermd tegen uitdroging/opwarming bij overmatige zon en erosie bij overmatige regen.
De afmetingen van de houtsnippers zijn wettelijk gezien niet van belang, wel de herkomst en kwaliteit
Met de bepaling rond het onderwerken van houtsnippers als bodemverbeterend middel wil de overheid het organisch koolstofgehalte van onze (landbouw)bodems verbeteren. Het is niet de bedoeling om de bodem met plantvoedingsstoffen te gaan aanrijken. Het organisch stofgehalte geeft de hoeveelheid koolstof weer ten opzichte van de minerale fractie (deze verhouding willen we zo hoog mogelijk), de koolstof/stikstof en koolstof/fosfor verhoudingen geven de hoeveelheid koolstof weer ten opzichte van de plantvoedingsstoffen stikstof en fosfor (deze verhoudingen willen we ook zo hoog mogelijk).
Dat moet door een erkend laboratorium gebeuren die de staalnameprocedures van het CMA zal naleven (een lijst kan je hier terugvinden). Voor staalname van houtsnippers zijn CMA/1/A.14 en CMA/1/A.15 belangrijk.
Een VLAREL erkend laboratorium. Een lijst kan je hier terugvinden.
De conformiteit van de houtsnippers met de samenstellingsvoorwaarden van Vlarema artikel 2.3.3.5 wordt aangetoond door een representatieve bemonstering en analyse zoals beschreven in het CMA:
- per volume van 40 kubieke meter houtsnippers bij aanbrengen op een perceel landbouwgrond met een maximale oppervlakte van 1 hectare;
- per volume van 100 kubieke meter houtsnippers bij aanbrengen op een perceel landbouwgrond met een oppervlakte van meer dan 1 hectare.
Neen. Je moet ze vijf jaar bewaren voor het geval dat Afdeling Handhaving ernaar vraagt (cf. Vlarema artikel 2.3.1.3/2 §3).
Ja. Houtsnippers die op eenzelfde plaats vrijkomen, kunnen ondergewerkt worden in percelen van verschillende landbouwers of gebruikt worden als bodembedekker op percelen van verschillende eigenaars. Is de totale oppervlakte van de percelen samen groter dan één hectare, dient er bij het vrijkomen van de snippers stalen te worden geanalyseerd per 100 kubieke meter geproduceerde houtsnippers (cf. Vlarema artikel 2.3.3.5).
Houtsnippers die niet voldoen aan de herkomst- en kwaliteitsvoorwaarden voor het rechtstreeks onderwerken of gebruik als bodembedekker moeten worden afgevoerd naar compostering voor valorisatie tot compost als bodemverbeteraar.
Ja, je kan houtsnippers tot maximaal één jaar op een hoop laten liggen in afwachting van hun toepassingen als bodemverbeteraar. Naar kwaliteit toe zullen de houtsnippers afhankelijk van de (weers)omstandigheden en hoelang ze blijven liggen wel wat afbraak ondervinden, wat zal leiden tot een verminderd organisch stofgehalte, en een lagere koolstof/stikstof en koolstof/fosfor verhouding. Het risico bestaat er dus in dat als je de hoop lange tijd laat liggen, de analyseresultaten kunnen verschillen met de analyseresultaten op het vers materiaal.
Houtsnippers staan niet in de bijlage van het KB Meststoffen. Dit betekent dat als de houtsnippers bij derden worden gebruikt als bodemverbeteraar, er een ontheffing nodig is.
Meer informatie vind je op de website van de FOD.
Team Bio
- Adres
- Stationsstraat 110
2800 Mechelen
Route en bereikbaarheid