Technisch-wetenschappelijke info

Geostatistische kartering voor PAK in het vaste deel van de aarde


In opdracht van de OVAM werd door Soresma in 2008 op basis van OVAM-meetgegevens een geostatistische analyse en kartering voor PAK (polycyclische aromatische koolwaterstoffen) in het vaste deel van de aarde van Vlaanderen gemaakt.
Sinds 1995, de invoering van het bodemsaneringsdecreet, worden er in Vlaanderen bodemonderzoeken uitgevoerd waarvan de meetgegevens in een centrale databank bij de OVAM worden verzameld. Deze gegevens omvatten grond- en grondwateranalyses voor allerhande parameters, waaronder ook PAK (polycyclische aromatische koolwaterstoffen). De meetgegevens zijn ingemeten in het Belgische Lambert coördinatenstelsel en kunnen dus ruimtelijk worden weergegeven. In 2005 heeft de OVAM besloten om deze gegevens niet louter via puntweergave te gebruiken, maar om op een wetenschappelijk onderbouwde wijze een globaal beeld te krijgen van de impact van bodemverontreiniging voor gans Vlaanderen.

In het document "Geostatistische kartering voor PAK in het vaste deel van de aarde" wordt de werkwijze en resultaten van de kartering van de verschillende PAK in het vaste deel van de aarde uitgevoerd door Soresma in 2007-2008 beschreven. De kartering omvat de parameters acenafteen, acenaftyleen, antraceen, benzo(a)antraceen, benzo(b)pyreen, benzo(b)fluoranteen, benzo(ghi)peryleen, benzo(k)fluoranteen, chryseen, dibenzo(a,h)antraceen, fenantreen, fluoranteen, fluoreen, indeno(1,2,3-cd)pyreen, naftaleen en pyreen. Per parameter is een kaart uitgewerkt die de regionale diffuse verontreiniging toont. Deze studie is uitgewerkt volgens de criteria van de algemene offertevraag van OVAM met referentie BBD2006-1 en de Soresma offerte met referentie 125771001/psc.

De uitvoering van de kartering is in volgende stappen uitgevoerd:
  1. operationeel maken van de overgemaakte dataset;
  2. identificatie regionale diffuse verontreinigingswaarden in Vlaanderen;
  3. kartering regionale diffuse verontreiniging;

Algemene benadering

De evaluatie van de dataset per PAK omvat zowel een statistische, ruimtelijke als geostatistische evaluatie.
  1. Statistische evaluatie: hierbij wordt de verdeling van de beschikbare meetwaarden geëvalueerd. Er wordt geen rekening gehouden met de ruimtelijke spreiding van de gegevens. De gemiddelde, mediaan, percentielen enz. worden bepaald. Deze evaluatie omvat een klassieke populatie karakterisatie. De bevindingen van deze evaluatie worden later gebruikt bij het opstellen van de criteria voor de geostatistische analyse.
  2. Ruimtelijke evaluatie: hierbij wordt nagegaan hoe de meetgegevens over het Vlaamse grondgebied verspreid zijn. Eventuele clusters of lokale uitschieters kunnen bepaald worden.
  3. Geostatistische evaluatie: deze omvat verschillende stappen:
    • Evaluatie van de ruimtelijke variatie voor verschillende klassen (Variogram). De karakteristieken van de variogrammen zijn bepaald met het programma WinVar en voor de samengestelde variogrammen werd een eigen excel-sheet gebruikt om de verschillende structuren weer te geven. De variogrammen geven aan hoe de waarden van de meetgegevens zich onderling in de ruimte verhouden;
    • Bepaling van de kritieke waarde voor overgang van de diffuse regionale verontreinigingen naar lokale puntverontreiniging. Hiermee wordt de drempelwaarde bepaald waarbij meetgegevens bepalend voor een regionale verontreiniging bij toenemende waarde overgaan in meetwaarden bepalen voor een lokale verontreiniging. De dataset wordt al het ware in twee gesplitst waarbij de waarden onder de kritische of drempelwaarde bepalend zijn voor een regionale diffuse verontreiniging en de waarden er boven voor een lokale verontreiniging.

Referenties

​​​​​​​​​​​​​​​​​​​​​Soresma (2007-2008). Geostatistische kartering voor PAK in het vaste deel van de aarde, Eindrapport 125771003/psc.

Bodembeheer