Promaz
Een code van goede praktijk beschrijft de specifieke Promaz-procedure
Een specifieke Promaz-procedure laat toe om bodemonderzoeks- en saneringsrapporten op te stellen voor elke mazoutverontreiniging die bij Promaz werd aangemeld.
Voor de behandeling van een mazoutverontreiniging kan een zogenaamd gasolietankgerelateerd bodemonderzoek (GGBO) worden uitgevoerd en opgesteld. Dit rapport vervangt het beschrijvend bodemonderzoek (BBO) en de eventuele bodemsanering via een bodemsaneringsproject (BSP).
Een bodemsaneringsdeskundige van type 2 voert het gasolietankgerelateerd bodemonderzoek uit en stelt het verslag op.
De bodemsaneringsdeskundige stelt in het gasolietankgerelateerd bodemonderzoek maatregelen voor om de mazoutverontreiniging te behandelen.
Daarna kunnen de goedgekeurde maatregelen uitgevoerd worden om de gasolietankgerelateerde bodemverontreiniging te behandelen. Dit gebeurt onder de leiding van een bodemsaneringsdeskundige van type 2.
Na uitvoering van de maatregelen stelt de bodemsaneringsdeskundige een evaluatierapport op waarin de resultaten van de maatregelen worden opgenomen. Hij bezorgt het evaluatierapport aan de OVAM.
De OVAM beoordeelt het evaluatierapport en levert een eindverklaring af als de doelstellingen van de maatregelen bereikt werden.
Hieronder, bij de downloads, kunt u de code van goede praktijk voor ‘gasolietankgerelateerd bodemonderzoek’ raadplegen. U kunt deze vanaf juli 2024 gebruiken als een code van goede praktijk. Vanaf 2025 zal deze als een standaardprocedure vastgesteld worden bij besluit van de Vlaams minister, bevoegd voor het leefmilieu.
Wat is de wettelijke grondslag? Het Bodemdecreet beschrijft de Promaz-procedure in Afdeling VIbis ‘Bodemverontreiniging door gasolietanks, aangemeld bij het Fonds (artikel 82bis-82duodecies)’ in hoofdstuk VI van titel III.
Voor de behandeling van een mazoutverontreiniging kan een zogenaamd gasolietankgerelateerd bodemonderzoek (GGBO) worden uitgevoerd en opgesteld. Dit rapport vervangt het beschrijvend bodemonderzoek (BBO) en de eventuele bodemsanering via een bodemsaneringsproject (BSP).
Een bodemsaneringsdeskundige van type 2 voert het gasolietankgerelateerd bodemonderzoek uit en stelt het verslag op.
De bodemsaneringsdeskundige stelt in het gasolietankgerelateerd bodemonderzoek maatregelen voor om de mazoutverontreiniging te behandelen.
- Indien de voorgestelde maatregelen niet vergunningsplichtig zijn, spreekt Promaz zich daarover uit.
- De OVAM blijft bevoegd om een gasolietankgerelateerd bodemonderzoek met vergunningsplichtige (sanerings)maatregelen te beoordelen.
Daarna kunnen de goedgekeurde maatregelen uitgevoerd worden om de gasolietankgerelateerde bodemverontreiniging te behandelen. Dit gebeurt onder de leiding van een bodemsaneringsdeskundige van type 2.
Na uitvoering van de maatregelen stelt de bodemsaneringsdeskundige een evaluatierapport op waarin de resultaten van de maatregelen worden opgenomen. Hij bezorgt het evaluatierapport aan de OVAM.
De OVAM beoordeelt het evaluatierapport en levert een eindverklaring af als de doelstellingen van de maatregelen bereikt werden.
Hieronder, bij de downloads, kunt u de code van goede praktijk voor ‘gasolietankgerelateerd bodemonderzoek’ raadplegen. U kunt deze vanaf juli 2024 gebruiken als een code van goede praktijk. Vanaf 2025 zal deze als een standaardprocedure vastgesteld worden bij besluit van de Vlaams minister, bevoegd voor het leefmilieu.
Wat is de wettelijke grondslag? Het Bodemdecreet beschrijft de Promaz-procedure in Afdeling VIbis ‘Bodemverontreiniging door gasolietanks, aangemeld bij het Fonds (artikel 82bis-82duodecies)’ in hoofdstuk VI van titel III.
Bodembeheer
- Adres
- Stationsstraat 110
2800 Mechelen
Route en bereikbaarheid - Telefoon
- 015/284 458