Vul het opdrachtformulier in samen met de asbestdeskundige
Met de ondertekening van een opdrachtovereenkomst geeft u als de opdrachtgever aan de procesgecertificeerde asbestdeskundige de opdracht om voor het betrokken inspectiegebied een asbestinventaris op te stellen om een asbestattest te bekomen. Het opdrachtformulier is een integraal onderdeel van de opdrachtovereenkomst en wordt deels ingevuld door de eigenaar en deels door de asbestdeskundige. De asbestdeskundige staat de eigenaar bij als die vragen heeft. De inhoud van het opdrachtformulier is vastgelegd in het ‘Inspectieprotocol asbestinventarisatie’.
Monsternames
Vóór u het opdrachtformulier invult, zal de asbestdeskundige met u bespreken waar en waarom monsternames nodig zijn. Als u een monstername bij een asbestverdacht materiaal weigert, heeft dit gevolgen voor de eindconclusie in het asbestattest. Het is belangrijk dat u daarvan op de hoogte bent. Ook omgekeerd geldt dit. Als een asbestdeskundige besluit om geen monster te nemen bijvoorbeeld omdat dat goedkoper is, moet u daarvan op de hoogte zijn.
De consequentie is dat de asbestdeskundige het materiaal dan als “asbestverdacht” opneemt in het asbestattest. De wetgeving stelt dat een asbestverdacht materiaal als asbesthoudend moet worden beschouwd, tenzij een labo-analyse aantoont dat het geen asbest bevat. Voor sommige asbestverdachte materialen is het uitsluiten van het asbesthoudende karakter met het blote oog niet mogelijk. In dat geval zal de asbestdeskundigen een monster willen nemen voor labo-analyse. Dat staat beschreven in het inspectieprotocol dat vastgelegd is in een ministerieel besluit. Doet de asbestdeskundige dit niet dan rapporteert hij/zij het materiaal als asbestverdacht.
Er zijn verschillende opdrachtformulieren. Bespreek met de asbestbestdeskundige welk opdrachtformulier jullie samen moeten invullen.